De EOS 40D en de EOS 1Ds mark III (augustus 2007) waren de eerste EOS DSLR’s die de beschikking hadden over Live view. Dit is een functie waarbij de spiegel opgeklapt is en de sluiter openstaat, zodat het beeld van de lens direct op de sensor valt en het lcd-scherm zo gebruikt kan worden voor kadrering van een foto. Je krijgt voorafgaand aan de feitelijke opname een indruk van belichting, kleuren en contrast. Dus een weergave die gebaseerd is op de instellingen van de camera. Dit wordt Belichtingssimulatie genoemd. In dit artikel een korte uitleg hoe je het gebruikt en wat de ‘verschillen’ zijn tussen deze functie op een DSLR en een MILC (spiegelloze EOS R of M).
Live view
In 2007 was de komst van Live view een ‘big deal’, want tot op dat moment zag je door de optische oogzoeker (OVF) van je DSLR alleen de lichtomstandigheden van het onderwerp, zoals je die met het blote oog waarnam, ongeacht de instellingen van de camera. Anno 2021 ervaren we Live view echter als vanzelfsprekend, omdat zo het zoekerbeeld van een smartphone tot stand komt. En ook bij spiegelloze systeemcamera’s (MILC), zoals in het EOS R- en M-systeem, is het beeld van de zoeker (LCD/EVF) gebaseerd op Live view en dus met beeldsimulatie.
Stap je over van een smartphone naar een MILC, dan zal de kadrering dus geen aanpassing vereisen. Ook als je overstapt van een DSLR naar een MILC, is er bij het fotograferen met het lcd-scherm als zoeker geen enkel verschil. Het enige waar een DSLR-fotograaf bij overstap aan zal moeten wennen, is de beeldervaring bij gebruik van de oogzoeker. Bij de OVF van een DSLR zie je altijd een optische weergave. Bij de elektronische oogzoeker (EVF) van een spiegelloze camera zie je standaard een live-view beeld, de identieke weergave van wat je op het LCD ziet.
Let op Als je de Belichtingssimulatie hebt uitgeschakeld, dan zul je geen live-weergave zien van het histogram. Niet in het EVF en niet op het LCD. |
Belichtingssimulatie
Bij Live view (DSLR: LCD • MILC: LCD/EVF) zie je behalve de belichting van de foto die je gaat maken, ook direct de kleuren (instelling Witbalans en Beeldstijl) en scherpte/contrast (instelling Beeldstijl). Zo kun je dus met de EVF direct het zwart-witeffect zien van de beeldstijl Monochroom. Een heel speciale ervaring.
De scherptediepte (Depth Of Field, DOF) wordt niet live weergegeven, omdat het diafragma zich pas sluit bij de opname zelf en je dus altijd de scherptediepte ziet bij maximaal diafragma. Druk je echter op de scherptediepteknop op de voorzijde naast de lens (diafragma sluit tot ingestelde waarde), dan wordt de scherptediepte wel zichtbaar. En omdat de sensor zijn gevoeligheid tijdelijk verhoogt, wordt het zoekerbeeld niet donker, zoals bij een OVF wel het geval is. Die DOF-knop krijgt op een spiegelloze camera dus een veel praktischer functie.
Behalve kleur, contrast en scherptediepte zie je dankzij Belichtingssimulatie vooraf uiteraard ook de belichting van je opnames. Als de interne lichtmeter op 0 Ev staat (80% van de gevallen), dan is bij daglicht het verschil tussen een EVF/LCD en OVF niet zo groot. Ga je dan echter onder- of overbelichten, dan wordt de EVF/LCD respectievelijk donkerder of lichter, terwijl in de OVF de helderheid van het onderwerp ongewijzigd blijft. Dit zóu – met de nadruk op zou - tot onverwachte belichtingen kunnen leiden bij een OVF.
Is er heel weinig licht (schaduw/avond) of juiste heel veel (zon), dan zal een OVF dus een donker of heel helder beeld geven en kan het moeilijk worden om te kaderen of scherp te stellen of wordt je oog verblind. Bij een EVF zal in P, Av of Tv het zoekerbeeld bij 0 Ev een gemiddelde helderheid behouden tot je eventueel gaat onder- of overbelichten voor de gewenste belichting.
Voor- en nadelen Over de voor- en nadelen van een EVF en de beleving ervan, kun je een heel artikel schrijven. We noemen hier als belangrijke voordelen dat je - bij correcte belichting - recht tegen een opkomende of ondergaande zon in kunt fotograferen en dat je in nagenoeg duister bij overbelichting heel nauwkeurig kunt kaderen en scherpstellen. Nadeel van een EVF is dat je bij hoog contrast in het onderwerp geen detail ziet in de schaduwgebieden. Dit omdat het dynamisch bereik van de schermen in LCD en EVF beperkt is. Bij de nieuwe EOS R3 is dit ‘probleem’ deels opgelost door een HDR-scherm in de LCD/EVF toe te passen. We zijn benieuwd. |
Je kunt de Belichtingssimulatie ook uitzetten. Op het LCD van een DSLR en op de EVF/LCD van een MILC, zie je dan áltijd een helderheid die overeenkomt met het 50%-principe. Je ziet dan dus niet langer het resultaat van de instellingen van de belichting, maar je hebt dan geen last meer van duisternis of felle zon.
Als je gaat flitsen in de studio is het een vereiste om de Belichtingssimulatie uit te zetten, omdat je anders – ongeacht de ruimteverlichting – een compleet zwart zoekerbeeld hebt (ISO 100, f/8 en 1/200s) en niet kunt kaderen of scherpstellen. Zet je de Belichtingssimulatie overigens uit, dan blijven kleuren, contrast en scherptediepte (met DOF-knop) wel weergegeven zoals die op de foto gaan worden. Dus Monochroom blijft zwart-wit op EVF/LCD.
Samenvatting
Belichtingssimulatie. 14 Jaar geleden een bijzonderheid en tegenwoordig algemeen ingeburgerd. Zelfs zodanig, dan we in sommige gevallen vergeten waaróm het zoekerbeeld is zoals het is en dat we het in sommige gevallen zelfs vergeten uit te zetten. Ga eens op zoek naar Bel. simulatie in het (rode) Opnamemenu van jouw camera en kijk naar de verschillen als je het Aan of Uit zet. Dat kan heel verhelderend zijn. Letterlijk.