Van tijd tot tijd worden er in de camerawereld nieuwe technologieën of functies geïntroduceerd en die worden door de media dan vaak meteen omarmd als innovatief en ‘must have’ voor iedere fotograaf. Maar is ‘al dat nieuws’ nu wel echt zo noodzakelijk? Deze keer kijken we met een kritisch oog naar eye-AF oftewel automatische scherpstelling met oogherkenning (oog-AF).
Eye-AF
Het is al een tijd geleden dat we met compactcamera’s voor het eerst gezichten konden herkennen om hierop automatisch camera-instellingen te laten baseren. Niet alleen scherpstellen, maar ook witbalans, belichting en soms zelfs invulflits. Ook in smartphones, DSLR’s (met live view) en spiegelloze systeemcamera’s is dit mogelijk. Dankzij gezichtsherkenning kunnen we dus eenvoudiger mensen volgen in het zoekerbeeld en stelt de camera scherp op een persoon als deze uit het midden van het kader staat en niet op de achtergrond.
In het kader van ‘slim (AF), slimmer (Face-AF), slimst (Eye-AF)’ wordt sinds enige tijd de mogelijkheid ‘bejubeld’ om met de autofocus ook ogen te kunnen volgen als een soort ultieme gezichtsherkenning. Hierbij wordt soms zelfs de suggestie gewekt dat voortaan élke portretfoto áltijd scherp zal zijn op het oog. Wij willen daar toch een paar kanttekeningen bij plaatsen.
• Gezicht (gewenst) aanwezig
Eye-AF kan alleen zijn nut bewijzen als zich in het zoekerbeeld een oog bevindt. Flauw zul je zeggen, maar voor product, architectuur, landschap, natuur, abstract en macro heb je dus geen oog-AF nodig en misschien zelfs geen gewone AF. En is er een gezicht in beeld, dan moet je je afvragen of dat ook het gewenste scherpstelpunt moet zijn. Stel dat je een foto maakt van de Eifeltoren en de camera stelt automatisch scherp op het oog van een toevallig aanwezige toerist, dan gaat het mis. Of stel dat je je partner als voorgrond gebruikt bij die Eifeltoren, maar er loopt net iemand dichterbij het kader in en diens oog krijgt de voorkeur boven dat van je model. Helaas.
Ook bij een groepsportret moet je goed opletten welk gezicht of oog wordt herkend als scherpstelpunt. De camera moet je dan de kans geven snel in te grijpen en te wisselen naar een ander gezicht of oog. Als je genoeg tijd hebt, dan is dat allemaal niet zo’n probleem, maar iedereen die (groeps)portretten maakt, weet dat je met een fractie te laat reageren een mislukt groepsportret kunt hebben.
Pseudo slim Gezichts- en oogherkenning lijkt een heel slimme technologie, maar bij de huidige implementatie op systeemcamera’s anno 2019 blijkt dat ook gezichten van beelden, in schilderijen en posters en zelfs van een cartoon als ‘gezicht’ worden herkend. |
• Scherptediepte (DOF)
De afstand van oogbol tot het puntje van je neus is 4 à 5 centimeter. Stel dat de scherptediepte van een foto ongeveer 2x zo groot is, wanneer wordt het scherpstellen op het oog dan kritisch? Als je dat gaat uitrekenen, dan blijkt dat pas bij een half body (verticaal gekaderd) of krapper (buste shot en head shot) de scherptediepte kleiner wordt dan 10 cm. En dan moet je zelfs nog bij heel grote diafragma’s werken, zoals f/1.4 of f/2. Schiet je met een 85mm een half body bij f/1.4, dan is de DOF=10,3 cm misschien nog kritisch, maar bij f/2.8 is de DOF al 20,6 cm. Dus al zou je dan scherpgesteld hebben op het puntje van de neus, dan is het oog nog waarschijnlijk prima visueel scherp. Dus staat iemand full body of zelfs nog kleiner in het kader, dan is het leuk dat de camera een oog kan volgen, maar praktisch heeft het dan niet meer nut dan gezichtsherkenning of gewone AF-tracking.
Wil je een overzicht van de scherptediepte bij een bepaald brandpunt bij verschillende portrettypes, klik dan hier.
Canon oog-AF Canon heeft de relevantie van de scherptediepte bij oog-AF goed en praktisch geïmplementeerd in hun spiegelloze camera’s. Je gaat het AF-blokje pas op het oog zien, als het model half body of krapper in het kader is. Dus zie je meer van een persoon, dan zie je alleen het kader van de gezichtsherkenning. Kom je dichterbij of zoom je verder in (beide kleinere scherptediepte), dan pas wordt het blokje van oog-AF zichtbaar. |
• Beweging oog
Eye-AF wordt pas echt interessant als het betreffende model beweegt. Is die beweging echter in het platte vlak, dus van links/recht of boven/onder in het kader, dan is de uitdaging van een goede scherpstelling klein, omdat het gezicht zich dan binnen het scherpstelvlak begeeft en dus zelfs One Shot nog goede resultaten op zou leveren.
Het wordt pas spannend als de persoon zich naar of van de camera beweegt. Is de oog-AF dan zo goed aan de tracking gekoppeld dat AF-groep in het objectief voldoende snel meebeweegt dat de scherpstelling ook echt op het oog of gezicht ligt op het moment dat je de foto maakt? Gezichts- en oogherkenning zijn namelijk ook in staat om een onscherp gezicht te zien en een AF-blokje op het oog is dus nog geen garantie van scherpte. Dus als de tracking en de autofocus van de lens niet snel genoeg zijn, dan zal oog-AF geen 100% trefkans opleveren.
Regel van ¼ Daar komt ons stokpaardje weer: de regel van ¼ (klik hier). Al jaren geleden zijn we al ‘gestopt’ om foto’s voor scherpte op 100% in Photoshop te beoordelen. Als we foto’s van 18 Mp of hoger alleen maar beeldvullend op een beeldscherm zien – van smartphone tot 24”-monitor – dan is een visuele scherpte op 25% om Photoshop een goede graadmeter om op kijkafstand te ZIEN of een onderwerp scherp is of niet. Zelfs een afdruk van 45 bij 30 cm zal bij foto’s van meer dan 18 Mp onscherpte maskeren. Dus vraag jezelf af of scherpte op het oog voor deze publicatievormen echt van belang is. |
• Overige scherptefactoren
Behalve de verschillende aspecten van de autofocus zijn er nog meer factoren die een rol spelen bij de scherpte van een foto en dus van het oog.
- Maximaal diafragma. Oog-AF heeft het meeste nut bij kleine scherptedieptes, dus grote diafragma’s. Veel lichtsterke lenzen (f/1.4-f/2.8) zijn echter bij hun maximale diafragma niet op hun scherpste. Diafragmeren met 1 of 2 stops lost dat probleem op, maar vergroot de scherptediepte en geeft dus minder noodzaak voor oog-AF.
- Bewegingsonscherpte. Om van een persoon scherpe foto’s uit de hand te maken, moet je ook op de sluitertijd letten om bewegingsonscherpte van de camera en van het model te voorkomen. Dus de oog-AF kan nog zo goed zijn, maar wanneer je tijdens een reportage bij 1/30s een spontaan portret schiet, dan kan de foto enigszins onscherp zijn door een kleine beweging van het onderwerp. Zelfs beeldstabilisatie kan dat niet voorkomen.
- Ruis. Als je bij hoge ISO’s fotografeert en je verwijdert de ontstane ruis in de camera of in de RAW-conversie, dan gaat hierdoor veel detail verloren. Dus alle inspanningen om heel precies scherp te stellen én met korte sluitertijden te werken voor maximaal detail, worden dan teniet gedaan door de ruisonderdrukking.
Samenvatting
Eye-AF of in goed Nederlands, oog-AF. Het is een prima toevoeging aan de vele mogelijkheden die een fotograaf anno 2019 heeft om met zoveel mogelijk scherpe foto’s thuis te komen. Je moet je echter niet blindstaren op deze functionaliteit, want ‘scherpstellen’ op het oog kent vele kanttekeningen. De in de media gewekte indruk dat voortaan élke portretfoto op de juiste plaats scherp zal zijn dankzij eye-AF, moet je met een knipoog nemen. Oog-AF kán vooral bij soloportretten een toegevoegde waarde zijn, maar wel met de nadruk op kan.
Tip Een belangrijke oorzaak dat een portretfoto niet scherp is op het oog, is door herkaderen. Als je bij grote diafragma’s met het middelste scherpstelpunt scherpstelt op het oog van het model en je herkadert met de ontspanner half ingedrukt, dan kantel je het dunne scherpstelvlak en komt dit achter het betreffende oog te liggen, waardoor dit onscherp zal zijn. Wil je het hoofd of oog van een model op een bepaalde plek in het kader plaatsen, verplaats dan het scherpstelpunt zodanig dat je niet of amper hoeft te herkaderen. |
|