Concertfotografie | Instellingen en bewerken

Pieter Dhaeze donderdag 09 februari 2023

De meeste foto’s (en video) van concerten en podiumuitvoeringen worden gemaakt met een telefoon. Iedereen heeft die bij de hand, je hoeft niets in te stellen, je kunt content snel delen en de resultaten zijn tegenwoordig behoorlijk goed.
Met een systeemcamera (EOS D- of R-systeem) heb je echter meer creatieve mogelijkheden en hogere beeldkwaliteit. Dat vraagt echter wel de nodige kennis en expertise. In dit artikel enkele aandachtspunten bij het maken van concertfoto’s en tevens een video hoe je RAW-foto’s van een concert kunt bewerken.

Onderstaand een portfolio van 125 foto's vanaf 2009 met diverse camera's en lenzen, waarvan je de exif-gegevens hieronder in een overzicht ziet.
Bewerkt in Lightroom Classic, Photoshop en Topaz DeNoise.
portfolio
Exif-gegevens

Gereedschap

• Full-frame
De grote sensor van een full-frame camera zorgt voor de beste beeldkwaliteit bij hoge ISO. Gebruik een 24-105mm als je dichter bij het podium staat. Als je meer afstand kunt en/of moet houden, is een 70-200mm de ideale lens. Je zou dan zelfs een 100-400mm kunnen gebruiken. Hoe dichter op het podium des te meer je omhoog fotografeert, des te groter het perspectiefverloop en hoe meer uit verhouding een full-body portret is. Bij grotere afstanden tot het podium blijven verhoudingen van musici en instrumenten meer natuurlijk.

• APS-C
Als er om bepaalde redenen meer brandpunt vereist is, zoals bij een standpunt ver van podium of als de focus op close-upportret ligt, dan kun je de 1,6x cropfactor van een APS-C camera benutten, zonder dat je lichtsterkte verliest. Een standaardzoom voor redelijk dicht op het podium kan dan een 18-135mm zijn en neem je wat afstand, dan is een 55-250mm heel geschikt. Beide lenzen zijn echter niet zo lichtsterk en je zou EF/RF-lenzen in dat brandpuntbereik kunnen kiezen, zoals een 16-35mm, 24-105mm of 70-200mm, waarvan de brandpunten allemaal met 1,6x vermenigvuldigd moeten worden voor de ‘juiste’ beeldhoek.

Vast brandpunt, lichtsterk
Bij concerten binnen of ’s avonds buiten is er ogenschijnlijk weinig licht. Als publiek sta je dan ook inderdaad meestal in het halfdonker. Je zou als fotograaf dus geneigd zijn om lichtsterke lenzen (> f/2.8) te gebruiken met een vast brandpunt. Dat is prima, maar afhankelijk van de flexibiliteit van je standpunt beperkt een dergelijke lens de variatie in de kadrering en heb je bij maximale lensopening vaak maar kleine scherptedieptes. Het podium of in ieder geval de muzikanten zijn echter wel altijd redelijk goed belicht en met een minder lichtsterke zoomlens (f/4) kun je dan toch de ISO’s redelijk laag houden bij voldoend korte sluitertijden. Beter een scherpe foto met iets meer ruis, dan een onscherpe opname bij lage ISO of maximaal diafragma. Toch?

• Lightroom Classic en Topaz Denoise
Gereedschap is niet alleen de hardware van camera’s en lenzen, maar ook de software om de vaak grote hoeveelheden RAW-bestanden efficiënt te beheren, bewerken en publiceren. Lightroom Classic is dan het aangewezen programma. Photoshop gebruik je vervolgens om de puntjes op de i te zetten. En als je vindt dat de ruis van de foto’s gereduceerd moet worden, dan maakt Topaz Denoise je werk vlekkeloos af.

Instellingen

• Sluitertijd: 1/125s tot 1/250s
Als je de ISO’s niet zo hoog op wil laten lopen, kun je voor een langere sluitertijd kiezen dan 1/125s tot 1/250s, maar 1/50s is toch de max wil je bewegingsonscherpte binnen de perken houden. Of je moet natuurlijk creatieve bewegingsfoto’s willen maken. Dan moet je denken aan sluitertijden van een halve seconde of langer.

• Diafragma: f/2.8 tot f/5.6
Ook hier zou je een zo groot mogelijk diafragma willen kiezen om de ISO’s zo laag mogelijk te houden. Veel zoomlenzen zijn echter niet zo lichtsterk (maximaal f/4 of f/5.6) en ook moet de scherptediepte zodanig groot blijven dat oog, neus en eventueel microfoon scherp zijn. Fotograferen met een lens met f/1.8 geeft leuke resultaten, maar je hebt grote kans op foto’s waarbij het focuspunt net verkeerd ligt.

• Gevoeligheid: ISO op Auto
Aan sluitertijd en diafragma kun je niet veel veranderen, die moet je op het randje van het ‘toelaatbare’ zetten. Wisselende lichtsituaties tijdens concerten zul je dus moeten opvangen met de ISO. Handig is om die in Auto te zetten. Liever een beetje meer ruis, dan een onscherpe foto. Stel in de Av-stand de maximale sluitertijd in op 1/125s of 1/250s (klik hier). Vanaf die tijd gaat de camera de ISO verhogen.

• Lichtmeetmethode: Meervlaks
Hoewel je bij concerten soms tegenlicht hebt van een spot of dat een achtergrond geheel zwart is, is Meervalks toch de meest handige lichtmeetmethode. De meting is namelijk (grotendeels) gekoppeld aan het scherpstelpunt (klik hier) en dus zal de camera tegenlicht en zwarte achtergrond redelijk negeren. Is er toch een kleine afwijking in de belichting, dan los je dat achteraf in Lightroom Classic op.

• Belichtingscorrectie: 2/3 tot 1/3 stopje onderbelichten
Ben je bang dat een artiest in de spotlight toch overbelicht raakt, dan kun je de sessie uitvoeren met 1/3 of 2/3 stop onderbelichting.

• Witbalans: Automatisch
Omdat je in RAW fotografeert, is de witbalans niet echt kritisch bij opname. Het is echter wel verstandig om een goede indruk van de kleuren te houden, omdat dit ook zicht geeft op overbelichting. De automatische witbalans doet het anno 2023 erg goed om de werkelijke kleuren te benaderen.

• Beeldstijl: Standaard
Wat voor de witbalans geldt, is ook van toepassing op de beeldstijl. Niet kritisch, maar wel handig om een goede indruk van kleuren en belichting te hebben tijdens de sessie. Wil je een concert geheel in zwart-wit willen doen, dan is het handig om bij camera’s in het EOS R-systeem de beeldstijl op Monochroom te zetten, zodat je de zwart-witfoto’s voor de opname al in de zoeker ziet (klik hier).

• Bestandsformaat: RAW (of C-RAW, maar minder dynamisch bereik)
Het is bijna vanzelfsprekend dat je concertfotografie in RAW doet. Groter dynamisch bereik, controle over witbalans, kleuren en ruisonderdrukking. Misschien even wat meer werk achteraf, maar daar pluk je dan wel de vruchten van. Kies bij voorkeur RAW boven C-RAW. Dit laatste bestandsformaat is 40% kleiner, heeft dezelfde mogelijkheden als RAW, maar je verliest dynamische bereik (klik hier).

• AF-werking: Diversen
De instellingen van de autofocus zijn niet zo eenduidig aan te geven als de andere parameters. Met een spiegelreflex uit 2013 (EOS 70D) of een spiegelloze camera uit 2022 (EOS R7) kunnen de AF-instellingen geheel verschillend zijn. Zelfs tussen een EOS R/RP, een EOS R6/R5 en EOS R3/R7/R10 zijn er al verschillen. Het is dus niet mogelijk om dat in één alinea uit te leggen. Dus bij deze een paar mogelijkheden.

- Heb je een DSLR met een vast aantal AF-punten (7 tot 63), kies dan het middelste AF-punt (het meest gevoelig) en gebruik One Shot als AF-werking of Ai Focus/Ai Servo. Stel dan scherp op het gewenst deel van het onderwerp en neem snel 2 tot 3 foto’s achter elkaar. Ondanks dat een zanger of muzikant dan misschien iets beweegt, heb je de grootste kans op een foto met de scherpte op het juiste punt én het juiste moment. Probeer zo min mogelijk te herkaderen om verschuiving van het scherptevlak te voorkomen. Achteraf kun je met bijsnijden de compositie eventueel aanpassen.

- Fotografeer je in Live view met een DSLR, dan kun je Gezichtsherkenning kiezen. Dat werkt prima als er één persoon in beeld is, maar is minder handig als de camera meerdere gezichten ziet (muzikanten of publiek).

- Met een spiegelloze camera fotografeer je in principe altijd in live view en kun je altijd gezichtsherkenning gebruiken. Echter met hetzelfde ‘probleem’ van meerdere gezichten. Je kunt gezichtsherkenning echter gewoon uitzetten en kiezen voor Servo met een Enkel punt-AF. Stel een knop op de camera om snel te wisselen tussen Servo en One Shot, zodat je ook ‘ouderwets’ kunt scherpstellen en herkaderen.

Wil je meer weten over het instellen van autofocus op een spiegelloze camera en het aanpassen van bedieningsknoppen, bekijk dan de betreffende clips in mijn playlist (EOS R-systeem) op YouTube (klik hier).

• AF-methode/gebied: Enkel punt.
Je bent met concertfotografie waarschijnlijk geneigd om gezichtsherkenning aan te zetten, maar als er meer gezichten in beeld zijn (muzikanten én publiek), dan kan de camera in verwarring raken. Door Enkel punt als AF-methode te kiezen, wijs je zelf het gewenste onderdeel van het onderwerp aan en kun je dat met servo (en eventueel zelf volgen) scherp houden. Of het nu een mens of een voorwerp is. Of het nu ‘stilstaat’ of van links naar rechts beweegt.

• Beeldstabilisatie: Aan
Hoewel je normaal gesproken niet met extreem lange brandpunten of lange sluitertijden werkt, kan het geen kwaad om de beeldstabilisatie gewoon aan te laten staan. Bij creatieve foto’s met lange sluitertijden zorgt de beeldstabilisatie dat stilstaande voorwerpen scherp zijn, terwijl bewegende onderdelen dan toch onscherp zijn.

• Transportmodus: Laag of middel
Bij Enkele opname heb je vaak maar één kans om een bijzondere gezichtsuiting of pose te kunnen registreren. En ook de scherpte moet meteen op de juiste plek liggen. De volgende seconde ben je te laat. Met een transportmodus voor serieopnamen maak je van elke pose daarom meer dan één foto en heb je dus twee of drie kansen voor de juist getimede, goed scherp gestelde foto.

Standpunt en timing
Concertfotografie is een veelzijdig onderwerp, waarbij ook externe factoren van invloed zijn op het resultaat. Zo bepaalt je standpunt – net als bij elk ander onderwerp – een groot deel van het karakter en het perspectief van je foto’s. En dat standpunt kan per optreden heel verschillend zijn. Zo kun je in een fotografenvak staan en ben je totaal niet vrij om een afwijkend standpunt te kiezen. Of het is zo druk dat je praktisch gesproken op een vast punt in het publiek staat met het gedrang van fans tegen je aan. Of je zit je een zaal in een stoel en je kunt geen kant op, zelfs niet opstaan. Probeer daarom vooraf te achterhalen hoe mobiel je bent om je standpunt te kiezen en baseer daarop je lenskeuze. Bedenk dat wanneer je tussen het publiek staat of op een stoel zit, dat je waarschijnlijk ook een fototas bij je hebt. Waar laat je die dan? Kleinbepakt zijn is dus een pre.

B-roll
In de videowereld wordt de term B-roll gebezigd. Stukjes film die gerelateerd zijn aan het hoofdonderwerp en het ‘verhaal’ visueel ondersteunen als sfeermaker. Als concertfotograaf kun je ook b-roll te schieten van zaken rondom het concert, zoals onderdelen van het instrumentarium, verlichting, signs, van faciliteiten, van medewerkers en publiek (let op privacy) en alles wat je nog meer ziet tijdens je verblijf bij een concert, ook ervoor en erna.

Qua timing is het zoals gezegd belangrijk dat je veel foto’s maakt. Je hebt dan meer kans op de juiste gezichtsexpressie of lichaamspose én je hebt in een serie van drie of vier opnamen meer kans op een scherpe foto, dan bij een enkele opname. Misschien is het handig om vooraf ook te beschikken over een setlist of met de band of muzikant te overleggen wat de belangrijke momenten in het optreden zijn. Zorg dat je ruim op tijd bent en dat je aan het einde nog even blijft voor onverwachte fotomomenten.

Bewerking
Bladerend door mijn concertfoto’s in Lightroom Classic valt me op dat de algemene belichting, kleuren en scherpte over het algemeen wel goed zijn en dat ik soms alleen de witbalans aanpas op de gehele afbeelding. Wanneer ik een foto ga bewerken, blijkt dat ik daarvoor dus bijna altijd de lokale aanpassingsgereedschappen gebruik. Vroeger vooral met het Radiaalverloop en tegenwoordig combineer ik dat met Persoon selecteren en Achtergrond selecteren. Ik ben namelijk vooral bezig met het aanpassen van de onderstaande drie aspecten:

• Lichtaccent op de muzikant
• Lichtbalans tussen voor- en achtergrond
• Kleuren en contrast van spots en rook

In de onderstaande video laat ik zien hoe ik die drie zaken regel in Lightroom Classic.

concertfoto bewerken YT

Topaz DeNoise
Bij concertfotografie kan de ISO redelijk hoog oplopen en daarmee meer ruis zichtbaar worden. Ook kan bij het verhelderen van schaduwen in opnamen met hoog contrast ruis tevoorschijn komen. Hoewel die bij kleinere publicaties vaak niet storend is (klik hier), kan ruisreductie soms welkom zijn. Ik doe dat altijd met Topaz DeNoise op de uiteindelijke JPEG’s die ik exporteer vanuit Lightroom Classic.

Samenvatting
Er is geen standaard recept hoe je de beste concertfoto’s kunt maken en bewerken, want daarvoor zijn er teveel variabelen, maar hopelijk helpen bovenstaand artikel en video je om je eigen werkwijze en workflow net weer een stapje te verbeteren, zodat je met nog meer plezier nog betere concertfoto’s kunt delen met je publiek.

Portfolio concertfoto’s: klik hier.
Tips en trucs Concertfotografie: klik hier.

Inloggen

Wachtwoord of loginnaam vergeten? Klik hier
Als je nog geen GRATIS persoonlijk account hebt op EOSZINE dan kun je deze hier aanmaken. Met dit account kun je o.a. de nieuwsbrief en het gratis digitale magazine ontvangen.