In deze serie van vier artikelen over de werking en het gebruik van de autofocus zijn we na een algemene beschouwing (klik hier), uitleg over AF-methode (klik hier) en over AF-werking (klik hier) aanbeland bij de instellingen van de autofocus voor een aantal veelvoorkomende scenario’s.
LET OP
Er is een verschil in AF-opties als je op een spiegelreflexcamera met de optische oogzoeker werkt (DSLR OVF) óf met het lcd-scherm in Live View (DSLR LV). Een spiegelloze camera in het EOS M- of EOS R-systeem werkt áltijd met de AF-opties in Live view, zowel in de elektronische oogzoeker als op het lcd-scherm (MILC EVF/LCD). Het klassieke AF-systeem (aparte AF-sensor) gebruik je dus bij een DSLR OVF. En het nieuwe AF-systeem (DSLR LV en MILC EVF/LCD) gebruikt de beeldsensor als AF-sensor.
Scherpe foto’s Hoewel de keuze en juiste instellingen van de autofocus grotendeels bepalend zijn voor de scherpte van het hoofdonderwerp, zijn er natuurlijk nog andere – niet onbelangrijke – aspecten die de scherpte van een opname bepalen, zoals bewegingsonscherpte (camera/onderwerp), scherptediepte, onscherpte maximaal diafragma, diffractie bij kleine diafragma’s, lenskwaliteit, sensorresolutie en ruisonderdrukking/verscherping. |
Scenario’s
Welke autofocus gebruik je in welke omstandigheden en hoe stel je je camera dan in? Om tot een onderverdeling te komen onderscheiden we voor OVF (DSLR) en EVF/LCD (MILC/DSLR LV) een stilstaand onderwerp (statisch) of een bewegend onderwerp (dynamisch) , waarbij die beweging of geleidelijk van/naar de camera is of meer willekeurig in snelheid en richting is. Hieronder vind je een overzicht dat vervolgens kort wordt toegelicht. Voor begrip van alle terminologie verwijzen we naar de drie artikelen genoemd in de inleiding.
1A. OVF, onderwerp statisch
Het eerste AF-scenario is meteen ook de meest klassieke. Je staat met je camera op een vast punt en stelt met het middelste AF-punt in de optische oogzoeker (OVF) scherp op een stilstaand onderwerp (portret, product, food, macro, architectuur, interieur, landschap). Je kiest het gewenste scherpstelpunt in het onderwerp, drukt de ontspanner half in, wacht op het piepje en neemt de foto. Indien nodig herkader je na het piepje en wacht misschien ook nog even - maar niet te lang - op het juiste moment (ogen open, glimlach). Heb je dan ook rekening gehouden met de bovengenoemde scherpteaspecten, dan zal de foto scherp zijn op het gekozen scherpstelpunt.
- Zoeker: OVF
- Onderwerp: statisch
- AF-methode: Spot AF, 1-punts AF (AF Punt-uitgebreid/rondom)
- AF-werking: One Shot AF
- Transportmodus: Enkelbeeld
- Voorkeur: Middelste scherpstelpunt (meest gevoelig)
• Aandachtspunten
Wees er van bewust dat bij herkaderen het scherptedieptevlak verdraait en het risico bestaat dat bij een kleine scherptediepte het oorspronkelijk scherpstelpunt buiten het scherptegebied komt. Dit kan dus gebeuren bij close-ups met een lang brandpunt en groot diafragma, zoals een headshot met een 85mm bij f/1.4. Je kunt dan beter niet herkaderen, maar in de OVF een AF-punt kiezen dat uit het midden ligt.
Een tweede aandachtspunt is de grootte van het statische AF-punt. Is het blokje van het AF-punt relatief groot ten opzichte van het onderdeel waarop je scherpstelt, dan kun je prima 1-punts AF gebruiken. Wordt het onderwerp relatief klein of is het in een drukke omgeving (vogeltje in boom tussen takken) kies dan Spot AF. Hierbij moet je wel opletten dat de autofocus niet langs het kleine onderwerp schiet. Is het hoofdonderwerp klein in de zoeker (vogeltje met vrije ruimte), dan is de trefkans met Spot AF of 1-punts AF gering en kun je beter gebruik maken van AF-punt uitgebreid/rondom.
1B. OVF, rechte lijn beweging
Een fietser, een auto, een groepje wandelende mensen. Als deze onderwerpen op je af komen, dan zijn de snelheid en richting redelijk constant en je kunt ze ook prima volgen met het centrum van de (oog)zoeker. Als je dan de camera op Servo zet en gewoon blijft werken met een enkel of uitgebreid AF-punt, dan zul je combinatie met de Transportmodus, Hoge/lage snelheid (de ‘motordrive’) een hoge trefkans hebben op een serie scherpe foto’s.
- Zoeker: OVF
- Onderwerp: dynamisch rechtuit
- AF-methode: AF Punt-uitgebreid/rondom, Zone AF
- AF-werking: Servo AF
- Transportmodus: Hoge/lage snelheid
- Voorkeur: AF-punt eventueel uit het midden
1C. OVF, willekeurige beweging
Wanneer het onderwerp minder voorspelbaar beweegt in snelheid of richting, zoals vogels of balsporters, dan is het zinvol om een zone-AF te kiezen, zodat je het onderwerp beter kunt ‘vasthouden’ in de OVF. Je kunt dan Autoselectie AF instellen met Servo AF. Hoewel de autofocus dan altijd wel een aangrijppunt vindt in het onderwerp, heb je er in principe geen controle over. Je moet daartoe in Persoonlijke instellingen, C.Fn II: Autofocus de optie Eerste Servo AF-punt op AF-pt ingesteld zetten (optie 2). Kijk eventueel in de handleiding van jouw EOS hoe dat geregeld is. Als je nu door de zoeker kijkt, dan zie je een AF-punt. Richt dit op het gewenste onderwerp en als de ontspanner half indrukt, dan zul je merken dat het AF-punt meebeweegt van links/rechts of boven/onder.
- Zoeker: OVF
- Onderwerp: dynamisch ‘willekeurig’
- AF-methode: Autoselectie AF (grootste zone)
- AF-werking: Servo AF
- Transportmodus: Hoge/lage snelheid
- Voorkeur: C.Fn II: Autofocus, optie Eerste Servo AF-punt op AF-pt ingesteld (optie 2)
• Aandachtspunten
Hoe goed een AF-punt een onderwerp kan volgen is niet alleen afhankelijk van contrast en hoeveelheid licht, maar ook van de snelheid van de processor van de camera en van de AF-snelheid van de lens. Het zal duidelijk zijn dat je met een EOS 1DX mark III en een EF 400mm 2.8L IS II (7400 + 13000 euro) meer treffers zult hebben dan met een EOS 90D met een EF 100-400mm 4-5.6L IS II (1200 + 2000 euro). Vergelijk het met de snelheid van een middenklasser gezinsauto en een F1-wagen. Bedenk tevens dat veel foto’s nooit op 100% bekeken zullen worden door je publiek. Enige onscherpte bij 100% is dan ook geen probleem (klik hier).
Schakelen One shot/servo Mocht je vooral in One Shot AF fotograferen, omdat de onderwerpen voor je lens meestal statisch zijn, dan is het misschien toch handig om snel te kunnen schakelen naar Servo als je onderwerp op een zeker moment – letterlijk – ‘aan de wandel’ gaat. Je kunt op veel EOS-camera daarvoor de bediening aanpassen (C.FN III: Bediening) door deze wisselfunctie One Shot/Servo toe te kennen aan een aparte knop. Wij zouden daarvoor de Scherptediepteknop willen aanraden. Die wordt toch zelden gebruikt en is langs onder met de linkerhand eenvoudig in te drukken. Zolang je de knop ingedrukt houdt met de ontspanner half ingedrukt, zal de camera scherpstellen met Servo AF. |
Wil je met de ‘motordrive’ lange reeksen achter elkaar maken, zorg dan dat je met een snelle geheugenkaart werkt (>100 MB/s). Ook zul je met JPEG langer onafgebroken kunnen fotograferen dan in RAW, omdat er met JPEG minder data weggeschreven hoeft worden. Als alternatief zou je op nieuwere EOS-modellen met C-RAW (Compact RAW) kunnen fotograferen. Die bestanden zijn 40% kleiner dan ‘echte’ RAW-bestanden, terwijl je toch alle eigenschappen van een RAW hebt.
AF-methode |
AF-werking |
|
|
Transportmodus |
AF-extra instellingen |
|
|
2A. EVF/LCD, onderwerp statisch
In principe is het fotograferen van een statisch onderwerp met de EVF (MILC) of het LCD (MILC/DSLR LV) vanuit een vast camerastandpunt niet anders dan met de OVF. Je kiest de gewenste punt-AF-methode, stelt scherp op het gewenste scherpstelpunt van het onderwerp en drukt de ontspanner door om de opname te maken.
- Zoeker: EVF/LCD
- Onderwerp: statisch
- AF-methode: Spot AF, 1-punts AF, Gezichtsh./volgen
- AF-werking: One Shot AF
- Transportmodus: Enkelbeeld
- Voorkeur: Continue AF aanzetten
Continue AF De terminologie met betrekking tot autofocus is niet eenvoudig en soms verwarrend. Zo weten we nu dat Servo betekent dat de autofocus het onderwerp onafgebroken blijft meten als je de ontspanner half indrukt. Als je in Live view werkt (MILC: EVF/LCD. DSLR: LCD), dan is er echter ook nog een menu-optie beschikbaar met de benaming Continue AF. Deze is een automatische scherpstelling werkzaam bij een enkel AF-punt. Je hoeft dus geen ontspanner half in te drukken om een scherp beeld te hebben op EVF/LCD in het gekozen AF-punt. Dus beweeg je het kader van close-up naar veraf, dan zal het beeld scherp blijven en mocht je snel een foto willen maken, dan hoeft de ‘echte’ autofocus niet veel te corrigeren. Je bent dus alerter met scherpstellen bij snelle wisseling van voorwerpsafstanden. Nadeel is wel dat de camera meer stroom verbruikt, want de camera is voortdurend aan het scherpstellen en dat hoor je ook aan de AF-motoren van de lens. |
• Aandachtspunten
Het grote verschil met een statisch AF-punt bij gebruik van EVF/LCD ten opzichte van het werken met een OVF, is dat je niet met een patroon van concrete AF-punten werkt, maar bijna het hele zoekeroppervlak kunt gebruiken als keuze voor het AF-punt. Dat kan handig zijn, maar je kunt ook enig houvast kwijt zijn. Met een druk op het Prullenbak-knopje zet je het AF-punt snel weer in het midden van het EVF/LCD-kader. Zorg ook dat een raster wordt weergegeven (zie handleiding) op het LCD en in de EVF, dan heb je ook meer houvast met het plaatsen van het AF-punt.
Met de EVF/LCD als zoeker krijg je de beschikking over Gezichtsherkenning/Volgen als AF-methode. Dat is voor de OVF-fotograaf even wennen. Gezichtsherkenning/Volgen is toch prima te gebruiken bij statische onderwerpen in combinatie met One Shot en werkt als volgt: Als Gezichtsherkenning/Volgen actief is en er is een gezicht zichtbaar in het kader, dan kiest de camera dat gezicht automatisch als scherpstelpunt. Je hoeft daarvoor de ontspanner niet in te drukken. Je kunt met de multi-selector of met je vinger op het LCD eventueel wisselen tussen gezichten. Wijzig je het kader (herkaderen), dan blijft de camera toch het gezicht vasthouden. Pas als je de ontspanner half indruk, grijpt de autofocus vast en kun je meteen de opname maken of je herkadert nog iets met een vast AF-punt. Is er geen gezicht aanwezig in het onderwerp, dan gaat de camera pas concreet scherpstellen als je de ontspanner half indruk. De autofocus pakt dan contrastrijke onderdelen dichtbij in het kader. Wil je daar controle over, dan tik je met je vinger op het LCD op het gewenste voorwerp als aangrijppunt zonder de ontspanner half in te drukken. Verandert je kader, dan blijft de camera dit voorwerp volgen. Druk de ontspanner half in als de compositie naar wens is en maak dan de foto. Wil je het volgen beëindigen, druk dan op het Prullenbak-knopje. Het succes van Volgen-AF is sterk afhankelijk van het contrast van het voorwerp (structuur, kleur en vorm) dat je wilt volgen.
Het voordeel van Gezichtsherkenning/Volgen boven het gebruik van een enkel AF-punt met de OVF is dat je nu zonder problemen kunt herkaderen, omdat het echte scherpstellen altijd gebeurt met het correcte ‘scherpstelpunt’ zonder dat het scherpstelvlak na autofocus nog verdraait.
2B. EVF/LCD, rechte lijn beweging
Als je in Live view (DSLR LCD of MILC EVF/LCD) een rechtlijnig bewegend onderwerp wil volgen, dan kan dat ook weer in Servo AF met een enkel AF-punt eventueel gecombineerd met de ‘motordrive’. Bij spiegelloze EOS-camera’s is dan soms ook nog een uitgebreid AF-punt mogelijk, maar voor een groter bereik moet je overstappen naar een Zone-AF. Je zult merken dat dit echter een veel kleiner gebied is dan de AF-zone via de OVF.
- Zoeker: EVF/LCD
- Onderwerp: dynamisch rechtuit
- AF-methode: AF Punt-uitgebreid/rondom, Gezichtsherkenning/volgen
- AF-werking: Servo AF
- Transportmodus: Hoge/lage snelheid
- Voorkeur: AF-punt eventueel uit het midden
2C. EVF/LCD, willekeurige beweging
Op zich is het vreemd dat de Zone-AF in Live view kleiner is dan dat bij een DSLR OVF, aangezien het AF-oppervlak in Live view wel veel groter is. Reden hiervoor is dat een EOS-camera met DPAF (Dual Pixel AF) in Live view de beschikking heeft over Gezichtsherkenning/volgen. Dit is vergelijkbaar met Autoselectie AF op een DSLR OVF, maar dan over nagenoeg de gehele sensor én met gezichtsherkenning. Als je dus met een MILC of DLSR LV kiest voor de AF-werking Gezichtsherkenning/volgen en dit combineert met Servo AF en de ‘motordrive’, dan is de trefkans van bewegende personen heel groot aangezien de autofocus automatisch vastgrijpt op gezichten. En wil je een voorwerp zonder gezicht volgen, dan kun je startpunt simpel instellen met een tikje op het lcd-scherm. Of je kiest weer C.Fn II Autofocus, Init. Servo-AF-punt en daarbij optie 1, zodat je vanuit een vooraf gekozen scherpstelpunt elk onderwerp kunt volgen, zowel gezichten als andere voorwerpen.
- Zoeker: EVF/LCD
- Onderwerp: dynamisch ‘willekeurig’
- AF-methode: Gezichtsherkenning/volgen
- AF-werking: Servo AF
- Transportmodus: Hoge/lage snelheid
- Voorkeur: C.Fn II: Autofocus, optie Eerste Servo AF-punt op Init. AF-pt ingesteld (optie 2)
Verlichting AF-punten Bij een DSLR kun je in het donker of met een zwarte achtergrond niet altijd goed de AF-punten zien in de zoeker. Ga op zoek naar de optie Zoekerweergaveverlichting in C.Fn II Autofocus en zet deze om van Auto naar Inschakelen. Je kunt ook op de AF-puntkeuzeknop drukken, zodat alle AF-punten tijdelijk rood worden. |
Samenvatting
Met dit artikel komt de serie over autofocus (voorlopig) ten einde. Het is zeker geen eenvoudige materie en het credo is dan ook ‘veel oefenen en uitproberen’ en ‘al doende leert men’. Elke camera en elk systeem heeft zijn eigen karakteristieken en mogelijkheden met eigen voor- en nadelen. Bovendien zijn er veel verschillende en uitdagende bewegingsonderwerpen. Hopelijk ben je toch geïnspireerd de mogelijkheden van de autofocus van jouw EOS verder te onderzoeken.
We zijn met deze serie echter niet uitputtend geweest om alle facetten uitgebreid toe te lichten en heb je nog vragen, dan nodigen we je van harte uit ons dit in de onderstaande reactiegedeelte te laten weten. Aan ‘meetrekken’ gaan we een apart artikel wijden.
AF-ON knop Bij alle camera’s is de ontspanner de knop om het scherpstellen (en lichtmeting) te starten en dat werkt in bijna alle gevallen perfect. Er zijn echter situaties dat je de scherpstelknop wilt loskoppelen van die dubbele functie van de ontspanknop. Je kunt dan de AF-ON knop gebruiken (klik hier). Het gebruik hiervan is echter geen ‘wondermiddel’ zoals vaak wordt gesuggereerd. Als het voor jou niet werkt, blijf dan ‘gewoon’ met de ontspanknop werken om scherp te stellen. |