Digital Photo professional (DPP) is dé RAW-converter van Canon, waarmee je de beeldkwaliteit (kleuren, contrast, detail) verkrijgt zoals Canon dat wil en zoals JPEG’s direct uit je EOS-camera komen. Het voordeel van deze hoge kwaliteit wordt echter minder door de relatief beperkte bewerkingsmogelijkheden en door vooral de trage verwerking.
Voorvertoning (preview) of JPEG-export: Quality of Speed
Een van de aspecten die een rol speelt bij de snelheid van werken in DPP, is de tijd waarin de preview op het beeldscherm wordt ververst. Aanpassingen zie je (afhankelijk van de snelheid van je computer) niet real-time en het beeld heeft even tijd nodig om aan te passen. Dit kun je zien aan een draaiend icoontje rechtsonder in het bewerkingsvenster. Dit icoontje zie je ook als je tot 100% inzoomt.
Ook bij het exporteren van RAW-bestanden (Ctrl+B) naar bijvoorbeeld JPEG, merk je dat DPP niet de snelste is.
|
|
Er is sinds enige tijd een optie om bij het maken van voorvertoning en bij het exporteren van RAW-bestanden te kiezen voor kwaliteit of voor snelheid. Die keuzemogelijkheid wordt vermeld bij het opstarten van DPP of is anders te vinden in de Voorkeuren van DPP (Ctrl+K (Win)/Ctrl+, (Mac)). Daar vind je in het betreffende dialoogvenster Preferences onder de tab Image processing 2 de opties Quality Priority of Speed Priority. Als je een keuze gemaakt hebt, dan moet je DPP even opnieuw opstarten om de keuze te activeren. Deze twee opties spreken voor zich. Kies je voor Quality dan duurt het maken van de preview langer en gebeurt het exporteren met hoge kwaliteit. En kies je voor Speed dan gaan previews en exporteren sneller.
Playlist Wil je aan de slag met DPP, bekijk dan de playlist (klik hier) op YouTube, waarin ik stapsgewijs het werken in dit Engelstalige programma uitleg. |
De praktijk
Kijk ik eerst maar eens naar de tijdwinst tussen Quality en Speed. Kort gezegd worden in de Speed-modus de voorvertoningen 2x zo snel gemaakt en gaat ook het exporteren 2x zo snel als in de Quality-modus. Hierbij zijn twee factoren van belang. Hoe sneller de computer, des te sneller de preview en export, zowel in de Speed- als in de Quality-modus. Zo gaat het werken met RAW-bestanden op mijn relatief nieuwe PC vlotter dan op mijn ‘oude’ Macbook. En op beide computers worden RAW-bestanden van mijn EOS R6 (20 Mp) sneller getoond en verwerkt dan van mijn EOS R7 (32 Mp). Dus de resolutie van de camera is ook van invloed op de snelheid.
Tot zo ver eigenlijk geen verrassingen. Die verrassing komt pas als je de kwaliteit van de geëxporteerde JPEG’s met elkaar vergelijkt. Ik heb een foto gemaakt met de EOS R7 bij ISO 6400 geëxporteerd als JPEG. De eerste keer in de Speed-modus en de tweede keer in de Quality-modus. Er zit dus een factor 2 in de tijd dat de export duurt, maar ook blijkt de kwaliteit van de twee JPEG’s verschillend. Het detail en de kleuren van de JPEG gemaakt in de Quality-modus zijn beter dan die met de Speed-modus. De twee JPEG’s uit hetzelfde RAW-bestand met exact dezelfde instellingen, hebben een significant verschillende bestandsgrootte (S: 23,4MB vs Q: 27,2MB). Dit verschil geeft aan dat de kwaliteit verschillend is.
|
|
Samenvatting
De opties Quality-modus en Speed-modus in Digital Photo Professional doen wat ze zeggen, zijnde hogere kwaliteit en lagere snelheid of hogere snelheid en lagere kwaliteit. Zowel bij previews als bij exporteren. Het verschil in snelheid is duidelijk te merken. Het verschil in kwaliteit is minder duidelijk en soms een kwestie van ‘pixelpeepen’.
Heb je een nieuwe, snelle computer werk dan altijd in de Quality-modus. Werk je op een oudere computer, dan kun je overwegen om in de Speed-modus te werken. Voor het exporteren zou je dan tijdelijk even over kunnen stappen op de Quality-modus (even herstarten). Vergeet die dan na het exporteren niet terug te zetten op Speed.