CityScapes | Bas Meelker

Bas Meelker dinsdag 11 november 2014

Cityscapes tijdens het blauwe uurtje - How to

Bij landschapsfotografie denken we vaak aan wilde, natuurlijke landschappen. Maar dat is slechts een klein deel van het hele spectrum. Een ander onderdeel van de landschapsfotografie is het fotograferen van stedelijke landschappen. Een populair en veel gebruikt woord daarvoor is ’Cityscapes’. Alhoewel het fotograferen van stedelijke landschappen steeds populairder wordt, is het voor veel fotografen nog een onbekend gebied. Dat is niet raar. Als landschapsfotografen worden we vaak aangetrokken tot de rust, sereniteit en verlatenheid van natuurlijke landschappen. Een groot contrast vergeleken met de drukte, chaos en hectiek van stedelijke gebieden. Maar ook stedelijke gebieden zijn onderdeel van ons landschap. Bovendien bieden stedelijke landschappen de fotograaf een aantal voordelen. Zo zijn ze gemakkelijk bereikbaar en de variatie is vele malen groter dan onze Nederlandse natuurlijke landschappen.



Vaak geven veel fotografen (en ik ook) de voorkeur aan het fotograferen van cityscapes in de late schemering. De reden is simpel. In de late schemering worden veel gebouwen al verlicht, zijn de straatlantaarns en allerlei andere kunstmatige verlichting aan en zit er toch nog kleur en licht in de lucht. Juist die combinatie van natuurlijk en kunstmatig licht maakt het fotograferen van cityscapes op dit tijdstip zo fascinerend. Al met al genoeg reden om stedelijke landschappen de aandacht te geven die ze fotografisch verdienen. De vraag is natuurlijk hoe?

1. Voorbereiding en locatie keuze

Net zoals bij iedere andere vorm van landschapsfotografie is ook bij het fotograferen van stedelijke landschappen de voorbereiding belangrijk. Dat begint met het kiezen van een locatie. Welke foto wil je maken? Het kiezen van een stad, dorp of andere bebouwde locatie is vaak niet zo moeilijk. Bij het kiezen van de exacte locatie waar je de foto gaat maken, wordt het vaak al  wat lastiger. Ook bij het fotograferen van cityscapes helpen de algemene regels rond compositie daarbij. Die bepalen uiteindelijk op welke plek je precies gaat staan om de foto te maken. Nu gaat het te ver om daar in dit artikel uitvoerig op in te gaan. Maar zaken als afkadering, diepte, een lijnenspel, balans en symmetrie spelen daarbij net zo’n belangrijke rol als bij iedere andere landschapsfoto. Hoe beter je kennis en ervaring op dat gebied, hoe gemakkelijker het wordt om de juiste keuze te maken. Je kunt ook zeggen dat het vinden van de juiste compositie in een stedelijk gebied juist gemakkelijker is. Veel steden, pleinen en gebouwen barsten immers van de lijnen en zijn vaak gebouwd met een bepaalde symmetrie en balans als uitgangspunt. Het is alleen zaak om je niet af te laten leiden door de chaos, maar je te focussen op deze aspecten.

Zorg er daarnaast voor dat je de gekozen locatie al een keer bezocht hebt op het moment dat de lichten van de stad aan zijn. Dat geeft je een veel beter beeld van de mogelijkheden ter plekke. Waar staan de lantaarnpalen? Hoe valt het licht op de straat of op de gracht? Welke gebouwen worden verlicht en welke niet? Zaken die je overdag niet kunt beoordelen. Scout je locatie dus van tevoren op het juiste tijdstip. Zorg bovendien altijd voor een alternatieve locatie in de buurt. Zeker in bebouwde gebieden kan het voorkomen dat juist op het moment dat jij de foto wilt maken je fotografische feestje verstoord wordt. Een auto of vrachtwagen die besluit midden in je compositie te parkeren. Een gebouw dat toevallig net die dag in de steigers is gezet of een bouwkraan die er gisteren niet stond. Ik heb het vaak genoeg meegemaakt. Dan nog eens op zoek gaan naar een geschikt alternatief  is vaak erg lastig. Zorg dat je dus een andere locatie achter de hand hebt.



2. Tijdstip

Seizoen
Het plannen van je cityscape is een nauwgezette klus. Kies als eerste het juiste seizoen. Natuurlijk kun je het hele jaar met cityscapes aan de slag, maar zelf geef ik de voorkeur aan de late herfst, de winter en het vroege voorjaar. De periode dat bij ons de wintertijd van kracht is en de zon vroeg ondergaat. De belangrijkste reden hiervoor is dat in deze periode in de late schemering in veel gebouwen nog gewerkt wordt en de lichten dus nog branden of al vroeg aan gaan. In de zomerperiode zijn in de meeste kantoorgebouwen de mensen dan al lang naar huis en de lichten uit.

Weersomstandigheden
De tweede factor waarmee je rekening houdt is natuurlijk het weer. Ik houd zelf van een combinatie van wat wolken, blauwe lucht en een heldere, schone atmosfeer. Enkele wolken in combinatie met een blauwe lucht zorgen ervoor dat de lucht in je foto meedoet en geen effen, oninteressant vlak wordt. De schone, heldere atmosfeer zorgt ten slotte voor mooie heldere kleuren en een maximale gestoken scherpte. Die laatste is belangrijk omdat juist bij het maken van cityscapes scherpe, heldere details een belangrijk aspect van je foto zijn. Je ziet mij dus zelden een cityscape maken op vochtige, heiige dagen. Mijn ervaring is dat goede weersomstandigheden voor cityscapes vaak ontstaan wanneer de wind uit het (noord)westen of noorden waait, de temperaturen laag zijn (koude lucht is schoner) of een flinke regenbui de atmosfeer schoongespoeld heeft.

Al deze weersituaties zijn van tevoren te voorspellen. Dat begint natuurlijk met vooral zelf vaak als landschapsfotograaf het weer buiten bekijken. Ook hulpmiddelen als radarbeelden van bewolking, weersites of apps en alle informatie die je kunt naslaan over windrichtingen en lichtvochtigheid kunnen je helpen om te bepalen of het de moeite waard is om voor een cityscape op pad te gaan.

Tijdstip van de dag
Zoals ik al eerder aangaf, kiezen we er vaak voor om onze cityscapes te maken in de late schemering. Dat noemen we het blauwe uurtje. Realiseer je dat het timen van dat moment een secure klus is. Zodra de straatverlichting aan gaat, wordt het tijd om op te letten. Of het dan al de moeite waard is om een foto te maken, hangt af van de hoeveelheid licht in de lucht. Als de lucht nog erg licht is, wordt het kunstmatige licht van de stad vaak wat getemperd. Met als gevolg dat de kleuren nog wat vlak zijn. Langzaam ontstaat er een situatie waarbij de intensiteit van het natuurlijke en kunstmatige licht met elkaar in balans komen. Dat is voor mij hét moment om de foto te maken. Het moment waarbij alles qua licht en kleur ideaal samenvalt. Dat moment duurt niet lang en vaak heb je, mede gezien de lange belichtingen die je gebruikt, slechts tijd voor een paar belichtingen. Zorg ervoor dat je dat moment goed in de gaten houdt en deze maximaal gebruikt. Naarmate het licht in de lucht verder afneemt, zul je merken dat de intensiteit van het kunstmatige licht toeneemt en al snel te fel wordt. Overbelichting en verlies van details is het gevolg. De lucht wordt te donker, tegen het zwarte aan en heeft weinig toegevoegde waarde meer. Kleuren worden minder intens en de dynamiek is weg. Tijd om in te pakken? Vaak wel, maar niet altijd…als er sprake is van laaghangende bewolking ontstaat er vaak een situatie waarbij het licht van de stad reflecteert tegen de wolken. Het kan voor interessante lichtsituaties zorgen, waarbij details in de lucht je foto versterken en er geen sprake is van een effen zwart vlak. Pak dus niet te vroeg je spullen in!



3. Materiaal

Basisuitrusting
Voor het maken van een mooie cityscape heb je genoeg aan een simpele basisuitrusting:
• een stevig statief
• een draadontspanner of afstandsbediening
• een camera en lens

Het mooie van het maken van een cityscape is dat je geen geavanceerde, alleskunnende camera nodig hebt. Een simpele spiegelreflex of systeemcamera volstaat. Het belangrijkste van je basisuitrusting is je statief en draadontspanner. Zonder deze accessoires ben je hopeloos verloren aangezien je met belichtingen zult werken die al snel in de seconden of minuten kunnen lopen.

Welke lens heb je nodig?
Bij de lenskeuze liggen de zaken wat anders. Vaak zul je gebruik maken van een groothoeklens. Die keuze ligt voor de hand aangezien je te maken hebt met grote gebouwen en de afstand tot je onderwerp beperkt kan zijn. Veel cityscapes maak ik met lenzen rond de 16/17 millimeter (full frame). Deze objectieven hebben echter één groot nadeel en dat is dat ze vaak veel vertekening hebben. Zodra je je camera niet perfect evenwijdig met je onderwerp houdt, maar bijvoorbeeld omhoog kantelt omdat je meer lucht in je compositie wilt, lijken gebouwen naar binnen te vallen. Verticale lijnen lopen niet meer verticaal. Gelukkig kun je dit tegenwoordig softwarematig corrigeren in programma’s zoals Adobe Photoshop Lightroom. Bedenk wel dat dit geen ideale oplossing is (de software ’rekt’ als het ware de pixels op). Bovendien zal de software een deel van je foto wegsnijden om het perspectief te corrigeren. Het is handig om hier bij het maken van de foto rekening mee te houden door je foto iets wijder te maken dan je van plan was.

Tilt-shift objectieven
Tilt-shift objectieven zijn lenzen waarbij je het perspectief kunt corrigeren (shiftfunctie) waardoor je geen vertekening krijgt. Dat maakt deze objectieven tot mijn favoriete voor het maken van cityscapes. In plaats van je lens naar boven of beneden te kantelen kun je je lens en sensor parallel met het onderwerp houden. Door de shift functie te gebruiken kun je meer van de lucht (omhoog shiften) of meer van de voorgrond meenemen (omlaag shiften) in je compositie. Verticale lijnen blijven hierdoor verticaal. Geen correcties achteraf, maar alles in één keer goed. Verder staan deze lenzen bekend om hun uitstekende optische kwaliteiten. Nadeel van deze objectieven is dat ze duurder zijn dan conventionele lenzen. Daarnaast is er wat gewenning nodig om met deze lenzen te werken alhoewel dat simpeler is dan veel mensen denken.

Wat neem ik mee voor een typische cityscape trip? De Canon 17mm f/4 TS-E  en de Canon 24mm  f/3.5 TS-E tilt-shift lens en een Canon EF 24-70mm f/2.8 L II zoomlens. Met dit drietal kan ik het overgrote deel van alle situaties prima vastleggen. Heb je geen tilt-shift lens, dan is een 16-35mm (full frame) of 10-22mm (APS-C sensor) zoomlens ideaal. Een 70-200mm lens is een prima keuze als je een stadsgezicht op afstand wilt fotograferen.

Filters
Bij het maken van cityscapes in het blauwe uurtje zijn er drie filters die ik bij me wil hebben:
-    ND6 neutraal grijs verloopfilter met een harde overgang
-    ND9 neutraal grijs verloopfilter met een zachte overgang
-    ND9 neutraal grijsfilter

Neutraal grijsverloopfilters
Welk grijsverloopfilter ik gebruik hangt uiteraard af van de situatie. Het grijsverloopfilter met een harde overgang gebruik ik alleen als er sprake is van een duidelijke horizontale lijn door de gehele foto, zoals bij de foto van de hofvijver in Den Haag. Bij deze foto ligt de overgang op de waterlijn en niet boven op de gebouwen. Als er geen sprake is van een duidelijke horizontale lijn, raad ik je aan om een grijsverloopfilter te gebruiken met een zachte overgang. Qua sterkte kun je in de praktijk een ND6 met een harde overgang vergelijken met een ND9 met een zachte overgang. Of je überhaupt een grijsverloo filter nodig hebt is echter de vraag. Op het meest ideale moment wordt de voorgrond door de stadslichten immers verlicht en is de balans tussen  verlichte voorgrond en lucht dusdanig dat de kans groot is dat je zonder een grijsverloopfilter prima uit de voeten kunt. Vaak begin ik met een paar belichtingen met een grijsverloopfilter en verwijder ik het filter naarmate de belichting beter in balans komt.

Grijsfilters
Grijsfilters houden in tegenstelling tot grijsverloopfilters, over je gehele compositie licht tegen. Je kunt ze gebruiken om langzamere sluitertijden te creëren. Waarom? Bijvoorbeeld om voorbijdrijvende wolken meer bewegingsonscherpte te geven. Hierdoor kun je de typische beweging-suggererende wolkenpartijen creëren. Dat kan een mooi contrasterend effect hebben met de heldere, haarscherpe details van de stad. Meestal gebruik ik daarvoor een ND9 grijsfilter, echter ook hierbij is het maar de vraag of je dit filter is het vaak niet nodig. Je bent immers aan het fotograferen in de late schemering en dan zijn je sluitertijden vaak al zo langzaam, dat een grijsfilter geen toegevoegde waarde meer heeft.

Polarisatiefilter
Alhoewel ik nooit op pad ga zonder een polarisatiefilter gebruik ik hem zelden bij het maken van cityscapes tijdens het blauwe uurtje. Alleen als na een regenbui de straten nat zijn en voor hinderlijke schitteringen zorgt, kan een polarisatiefilter nuttig zijn.

4. Techniek

De techniek voor het maken van een mooie cityscape is relatief eenvoudig. Ook hierbij bepaalt het licht uiteindelijk hoe je te werk gaat. Een stappenplan (in de juiste volgorde):

1. Bepaal je definitieve compositie. Loop desnoods even met je camera aan je oog rond en verander je standpunt voor een ruwe framing. Zodra je de definitieve compositie hebt bepaald, pak je je statief erbij en ga je je compositie verfijnen.
2. Zet je camera in de manuele stand.
3. Kies voor een zo laag mogelijke iso waarde.
4. Stel de belichting van je camera in op een meervlaksmeting. Een zo gemiddelde lichtmeting dus (en andere lichtmetingsmethodiek kan ook, mits je je lichtmeter maar begrijpt).
5. Kies je diafragma. Ook bij cityscapes zul je meestal kiezen voor een diafragma tussen de f/8 en f/16. Is je foto wat platter met minder diepte, dan kun je volstaan met een iets groter diafragma. Heeft je foto meer diepte, gebruik dan diafragma’s als f/14 of f/16.
6. Stel handmatig scherp. Dat kun je doen met behulp van je zoeker, maar het is veel gemakkelijker om daar je live-view voor te gebruiken. Bovendien kun je daarop inzoomen op je scherpstelpunt en zo heel nauwkeurig je scherpte bepalen. Meestal stel ik bij cityscapes scherp op de voorgrond, zo dicht mogelijk bij de ’onderkant’ van de foto. Je kunt ook andere technieken gebruiken (1/3 - 2/3 methodiek of scherp stellen op het hyperfocale punt).
7. Bepaal of je een grijs- en/of grijsverloopfilter wilt gebruiken. Wees daar niet al te wiskundig over. Je kunt allerlei verschillen gaan meten, maar zet er eerst maar eens één gewoon voor je lens, maak een foto en dan zie je wel of je de juiste keuze hebt gemaakt. Verkeerde filter? Pak dan een andere? Werken met grijs- en grijsverloopfilters is gemakkelijker dan je denkt.
8. Maak een lichtmeting (nadat je je filter voor op je lens hebt gezet) door je sluiter half in te drukken. Je lichtmeter in de zoeker en op je display geeft  aan of je aan het onder- of overbelichten bent. Kies vervolgens de sluitertijd die naar jouw idee het door jouw gewenste resultaat geeft. Meestal kies ik bij cityscapes voor een zo licht mogelijke belichting. Ik belicht dan op de donkere onderdelen in de foto (flink overbelichten). Daarin ga ik zo ver dat als ik 5-10% van de foto op mijn display overbelicht zie, ik weet dat ik goed zit. Of dat bij jouw camera ook goed werkt, is een kwestie van uitproberen.

Nu ben je er helemaal klaar voor. Nu is het alleen nog wachten op het juiste moment. Let op kleine veranderingen in het licht, de kleuren, blijf alert en maak verschillende belichtingen. Het is voor mij niet ongebruikelijk om bij cityscapes gedurende een avond 50 tot 60 verschillende belichtingen op één locatie te maken. Nog een paar algemene tips:

Een goede belichting creëren met zo veel mogelijk details in de schaduwen, mooie volle kleuren en een goed belichte lucht is een combinatie van ervaring en simpelweg uitproberen. Je weet pas als je foto er nog mooier uit kan zien als je de moeite neemt om te experimenteren. Maak verschillende belichtingen. Varieer met je sluitertijd en kijk hoe ver je kan gaan. Maar wat je ook doet, maak geen twee foto’s met dezelfde instellingen. Als het licht verandert, verandert je techniek ook.

Maak nooit de denkfout dat een ’mooi’ belichte foto op de display van je camera ook tot een mooie foto op je monitor of print leidt! Bij mij is dat precies andersom. Als de foto er op mijn display flets met weinig contrast en kleur uitziet en het histogram zo ver mogelijk naar rechts verschoven is, weet ik dat de foto er op mijn monitor of als print uitstekend uit gaat zien.

In stedelijke gebieden worden we vaak geconfronteerd met elementen die we liever niet in de foto zouden willen hebben. Denk aan verkeersborden, logo’s op gebouwen of andere ’storende’ elementen. Laat je daardoor niet te veel afleiden. Vaak verdwijnen deze elementen in ’het spektakel' van de foto als de lichtomstandigheden goed zijn. Bovendien maken we veel cityscapes met een groothoeklens. Zulke lenzen hebben een verkleiningsfactor waardoor ze nauwelijks nog een rol spelen in de uiteindelijke foto. Ze worden veel kleiner vastgelegd dan wij ze met het menselijk oog zien.

Net als iedere foto heeft ook een cityscape de juiste nabewerking nodig. Bedenk daarbij dat dit soort foto’s vaak qua beeldcorrectie een hele andere behandeling nodig hebben dan bijvoorbeeld een natuurlijk landschap met egalere kleuren en minder contrasten. Verdiep je daarin. Van een goed gemaakte cityscape kun je met de juiste nabewerking iets fantastisch maken.

Fotograferen in drukke stedelijke gebieden in de schemering kan soms tot vervelende situaties leiden. In je eentje met duur materiaal over straat lopen, is niet voor iedereen even prettig. Gebruik je gezonde verstand en neem geen onnodige risico’s. Voel je je niet op je gemak, pak je spullen in en ga weg. Geen enkele foto is het nemen van onnodige risico’s waard. Ga desnoods met meerdere personen op pad.

Afdrukformaat

Hoe groot druk je zelf of via internet een vergroting af?

Inloggen

Wachtwoord of loginnaam vergeten? Klik hier
Als je nog geen GRATIS persoonlijk account hebt op EOSZINE dan kun je deze hier aanmaken. Met dit account kun je o.a. de nieuwsbrief en het gratis digitale magazine ontvangen.