De eerste stap op weg naar een goede foto is dat je een beeld in je hoofd hebt van wat je wilt vastleggen of wilt communiceren met je publiek. Dat vergt inzicht in onderwerp, plaats, tijd of timing, belichting en kadering en het juiste gereedschap. Voor wat betreft dat laatste is de keuze van de lens van groot belang en hoe je standpunt is ten opzichte van het onderwerp.
Brandpunt
Op een lens van een spiegelreflex staat een aanduiding in millimeters van het brandpunt (focal point: f) van de lens, bijvoorbeeld 50mm. Bij een zoomlens tref je twee waarden, bijvoorbeeld 18-55mm: het brandpunt helemaal uitgezoomd en helemaal ingezoomd. Bij een kort brandpunt, zoals f=10mm is de beeldhoek heel groot en zo'n lens wordt een groothoeklens genoemd. Het gebied van 18 tot 70mm is het standaard beeldhoekbereik en langere brand-punten van 100mm en groter (max. f=800mm) bestrijken het zogeheten tele-gebied.
Elk brandpunt heeft zo zijn eigen toepassingsgebied. Lenzen met een kort brandpunt gebruik je voor onderwerpen als landschap, architectuur en interieur. Behalve een grote beeldhoek zorgen deze korte brandpunten ook voor een grotere scherptediepte. Tevens overdrijft groothoek verlopende lijnen (hoge gebouwen, spoorlijnen) en maakt ze afstanden tussen voorwerpen op verschillende afstand tot de camera, ogenschijnlijk groter. Een standaardlens is zeer geschikt als reportagelens, waarmee je dagelijkse onderwerpen in je omgeving registreert. De beeldhoek van zo'n lens komt redelijk overeen met dat wat het menselijk oog in één opslag ziet en onderlinge afstanden blijven in ook verhouding. Ze is bijvoorbeeld prima inzetbaar voor een bruidsreportage of journalistiek werk. Met een standaardlens zijn vanaf 55mm (tot 135mm) ook heel mooie portretten te maken. Langere brandpunten worden vooral toegepast in natuurfotografie. Ze halen het onderwerp, zoals een vogel of hert, kadervullend in beeld en dankzij het lange brandpunt neemt ook de scherptediepte af en dat maakt het onderwerp los van de onscherpe achtergrond. Een telelens is dus tevens geschikt voor mooie close-ups van bloemen en paddenstoelen. Bovendien verdichten zij de afstanden tussen onderdelen op verschillende afstand tot de camera. In een tele-opname van een laan met bomen lijken deze op de foto dichter bij elkaar te staan dan in werkelijkheid. Dit is dus precies het tegenovergestelde effect als bij een groothoeklens.
BRANDPUNT: F Het brandpunt (f) van een lens wordt vermeld in millimeters. Dit is de waarde als je met een vergrootglas in de zon de afstand tot een ondergrond zo verandert tot het kleinst mogelijke punt te zien is. Hoe boller het vergrootglas, des te korter deze afstand. De lengte van een cameralens is daarom vaak ongeveer net zo groot als het maximale brandpunt van die lens. |
Standpunt
Behalve het gekozen brandpunt is ook het standpunt van groot belang in de compositie van een opname. Simpel gezegd bepaal je met de keuze van het brandpunt welk gedeelte van het totale onderwerp je wilt kaderen en met het standpunt hoe het hoofdonderwerp zich in grootte en positie moet verhouden tot de achtergrond. Want vaak zijn we bij het kaderen heel druk bezig met het hoofdonderwerp en vergeten we de achtergrond, die minstens zo belangrijk is. Neem je een portretfoto op 1 meter afstand bij 18mm of ga je een paar stappen achteruit en maak je de opname bij f=55mm? Het verschil zal aanzienlijk zijn. Niet alleen zie je meer achtergrond bij 18mm, maar ook is het gezicht 'vervormd'. Bij langere brandpunten wordt een portret meer flatteus en de achtergrond zal minder prominent aanwezig zijn in omvang en scherpte. Ook voor productfotografie is een langer brandpunt daarom aan te bevelen.
Zelfs bij landschappen en architectuur kan een stapje naar voor of achter wonderen doen. Sta je dichtbij met een groothoek, dan mis je een overhangende tak op de voorgrond. Doe je twee stappen naar achter en zoom je iets in, dan betrek je die tak nog wel in de compositie en zorgt het voor meer diepte.
Het standpunt heeft niet alleen betrekking op de afstand tot het onderwerp. De camera iets hoger/lager of naar links/rechts, heeft ook grote invloed. Zo kun je zorgen dat een boom niet precies achter een hoofd staat of dat een voorwerp net boven of onder de horizon staat. Hoe korter het brandpunt, des te meer een kleine verschuiving van de camera van invloed is. Probeer het zelf maar eens. Zet een blikje frisdrank op tafel, kies een brandpunt en standpunt en verplaats de camera iets naar links/rechts of boven/onder, waarbij je het blikje op dezelfde plaats in het kader houdt. Let daarbij goed op hoe de achtergrond verandert in relatie tot het hoofdonderwerp. Een verschil van een paar centimeter kan al een heel andere foto opleveren of houdt bijvoorbeeld een lichtpunt buiten het kader, wat tevens kan resulteren in een betere belichting.
BIJZONDER Behalve de genoemde brandpunten zijn er nog drie typen bijzondere lenzen: macro, fisheye en TS. Met een macrolens kun je van dichtbij 1 op 1 je onderwerp kaderen, zoals insecten en planten. Een fisheye heeft een diagonale beeldhoek van 180°, waarbij het beeld niet gecorrigeerd is en vooral aan de randen sterk bolvormig is. Een Tilt&Shift (TS) lens stelt je in staat om perspectief in gebouwen te corrigeren en om met heel bijzondere scherptedieptes te werken. |
Conclusie
Als je op stap gaat met je EOS, vraag je dan eerst af wat je wilt fotograferen. Je kunt je lenskeuze daarop aanpassen. Sta je in het veld, kies brandpunt en standpunt dan zodanig dat het hoofdonderwerp de juiste achtergrond heeft en zo alle aandacht krijgt of in de juiste context wordt geplaatst. Durf te experimenteren en maak series van hetzelfde onderwerp, waarbij je brand- en standpunt veelvuldig varieert en achteraf de beste compositie kunt kiezen.